Historici.nl





Gepubliceerd op 30-04-2021

Dossier Universiteit van de Toekomst – Reformatie en academische vrijheid

Niet zo lang geleden was er het nodige te doen over streng-gereformeerde kerken die zich niet aan de coronaregels van het RIVM hielden. Vanuit diezelfde hoek klonk toen de waarschuwing dat men wel voorzichtig moest zijn met kritiek op de kerken; wij hadden immers onze vrijheid van meningsuiting aan de kerken van de Reformatie te danken. Daarop valt het nodige af te dingen – het waren niet de gereformeerden die in de zeventiende eeuw zo geporteerd waren voor religieuze tolerantie – maar als we het hebben over academische vrijheid, dan ligt dat anders. Hoewel er ook andere bronnen voor dit cruciale begrip zijn, is in Nederland een theoloog uit de kerk van Calvijn rond 1840 de eerste geweest die onder woorden bracht dat in de universiteit een docent en onderzoeker vrij van uiterlijke dwang onderzoek moet kunnen doen en daarover moet kunnen publiceren.

Hofstede de Groot contra de orthodoxie

Petrus Hofstede de Groot (1802-1886), hoogleraar theologie in Groningen, raakte al kort na zijn aanstelling in 1830 in conflict met de orthodoxe stroming binnen de Nederlandse Hervormde Kerk. Hofstede de Groot behoorde tot de meer vrijzinnige stroming binnen de kerk, die het geloof niet vastgelegd wilde zien in onveranderlijke formules (catechismus, geloofsbelijdenis en Dordtse leerregels), maar in de geschiedenis van kerk en geloof een soort evolutie zag die ons steeds nader tot God en Zijn Zoon Jezus Christus bracht. De orthodoxen, onder wie Guillaume Groen van Prinsterer, drongen bij de Algemene Synode aan op maatregelen: De Groot en de zijnen leidden de predikanten op voor de kerk, maar in een geest die haaks stond op de wijze waarop zij, de orthodoxen, het geloofsleven opvatten. Onder druk van de rechtervleugel van de kerk deed de Synode daarom na 1840 pogingen om De Groot en de zijnen in het gareel te krijgen. Zij vroegen de koning om de hoogleraren theologie aan de rijkshogescholen een verklaring te laten ondertekenen waarin zij hun ‘verkleefdheid’ aan de belijdenisgeschriften van de Hervormde Kerk uitdrukten. Die binding aan een kerk was in de Franse tijd losgelaten en bij de heropening van de universiteiten na 1813 niet weer ingevoerd, maar de Synode vond dat nu wel weer nodig.

Petrus Hofstede de Groot. Jan Ensing, ca. 1851/52. Collectie Universiteitsmuseum Groningen.

Reformatie = vrijheid

Hofstede de Groot en zijn collega’s piekerden er niet over die ‘verkleefdheidsverklaring’ te ondertekenen. Zij beschouwden haar als een inbreuk op de rechten die zij als hoogleraar hadden en verzetten zich tijdens achtereenvolgende synodes heftig tegen de voorgestelde gewetensdwang. Toen de Synode in 1845 toch door leek te zetten, schakelden zij de senaat van de Groningse universiteit in, die op hun verzoek een protestbrief aan de koning opstelde waarin de hele senaat zich tegen een verkleefdheidverklaring uitsprak. Ten eerste omdat zo’n verklaring in strijd was met de scheiding van kerk en staat die sinds kort ook in Nederland gold en ten tweede omdat de nauwe binding aan de belijdenisgeschriften de vrijheid aantastte die hoogleraren rechtens toekwam. Als predikanten moesten de hoogleraren theologie zich houden aan de belijdenis van de Hervormde Kerk, maar als hoogleraren, met als taak het beoefenen van de theologische wetenschap, gold die verplichting niet. En zeker niet voor protestantse theologen, want vrijheid was een kernbegrip in de geschiedenis van het protestantisme.

Desnoods een overstroming

Hofstede de Groot vatte het samen in een metafoor die wel typisch Nederlands mag heten:

“Blijkens de geschiedenis heeft de Hervorming uit vrij Akademisch onderzoek haren oorsprong genomen, en is zij daaruit steeds gelaafd en gereinigd. Dat dit onderzoek als eene rijke bron overstrooming kan baren en [dat] een uit haar ontsprongen vloed akkers en dorpen grootelijks [kan] beschadigen, ontkennen wij niet. Maar des noods beter die nu en dan eens komende schade, die zich alras weder herstelt, dan dat men om haar de bron geheel of half stopt, of van onze landen zoekt weg te leiden (…). De Hervormde Kerk tast haar levensbeginsel er door aan. Zij steunt niet op gezag, maar op de wetenschap, op het vrije onderzoek; moet deze vallen, dan valt haar steun en grondslag, de Hervormde Kerk, en moet zij zich weder oplossen in de op gezag rustende Kerk [de Rooms-Katholieke Kerk], welke uitgetreden te zijn, alsdan eene misdaad is. (…) Het is de eer der Hervormde Kerk, dat zij nooit voor de wetenschap heeft gevreesd, dat zij niets dan de waarheid wil, dat zij licht zoekt, en Hem alleen volgt die het licht der wereld is.”[1]

Hofstede de Groot gaf dus toe dat het vrije onderzoek ook werkelijk schade kan aanrichten (verwarring, onzekerheid, geloofstwijfel misschien). Daarin ging hij verder dan de cartesiaans filosofen in de zeventiende eeuw, die hun libertas philosophandi (vrijheid om te filosoferen) probeerden voor te stellen als helemaal niet zo schadelijk als hun tegenstanders beweerden. Maar Hofstede De Groot meende tegelijk dat die schade slechts tijdelijk is en dat het vrije onderzoek uiteindelijk altijd heilzaam blijkt te zijn. Dat is in de kern wat wij onder academische vrijheid verstaan en waarom wij haar zo belangrijk vinden.

Afloop

Een hoe dat conflict met de Kerk afliep? De verkleefdheidsverklaring is er uiteindelijk niet gekomen. Pas de grote gereformeerde goochelaar Abraham Kuijper wist een formule te bedenken (“soevereiniteit in eigen kring”) waarin academische vrijheid en kerkelijke dwang wél samengingen.

[1] Notulen van de Senaat van de RUG: Groninger Archieven, Archief Senaat Rijksuniversiteit te Groningen, toegangsnummer 46, inventarisnummer 581, d.d. 9 mei 1845.

Klaas van Berkel is Rudolf Agricola hoogleraar Geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen. Een recente publicatie: Klaas van Berkel en Carmen van Bruggen, red., Academische vrijheid. Geschiedenis en actualiteit (Amsterdam: Boom, 2020).

Historici.nl
Het KNHG is de grootste organisatie van professionele historici in Nederland. Het biedt een platform aan de ruim 1100 leden en aan de historische gemeenschap als geheel. Word lid van het KNHG.
Historici.nl
Het Huygens Instituut beoogt de Nederlandse geschiedenis en cultuur inclusiever maken. Het ontsluit historische bronnen en literaire teksten en ontwikkelt innovatieve methoden, tools en duurzame digitale infrastructuur.