Fantaseren over het Verenigd Koninkrijk
Louis Geoffroy (1803–1858) was het pseudoniem van Louis-Napoléon Geoffroy-Château, een Franse auteur die een ‘wat als’ geschiedenis van Napoleon schreef: Histoire de la Monarchie universelle: Napoléon et la conquête du monde (1812–1832). In dit boek loopt Napoleon niet vast in de Russische winter, maar verovert hij in 1814 Engeland. Bij Cambridge verslaat hij het Britse leger. Hij marcheert naar Londen, stormt het Lagerhuis binnen en deelt de verbijsterde parlementsleden mee dat Groot-Brittannië is opgeheven. Napoleon doet de deur van de vergaderzaal op slot en gooit de sleutel in de Theems. Engeland wordt verdeeld in 22 departementen en wordt opgenomen in het Franse Rijk.
Honderdvijftig jaar na het overlijden van Geoffroy fantaseert Owen Sheers (1974) hoe Engeland had gereageerd op een Duitse bezetting tijdens de Tweede Wereldoorlog. In zijn roman ‘Verzet’ (2008) gaat Sheers uit van de Duitse overwinning in Normandië en van de inname door Hitler van Parliament Hill. Sheers laat zijn fantasie de vrije loop. Het standbeeld van Nelson is in tweeën gezaagd. Churchill buldert op de radio dat de ondergang verkiesbaar is boven collaboratie. Komt de bevolking in verzet?
Nederlanders zijn een nuchter volk. Wij hoeven helemaal niet te fantaseren, in elk geval niet over Engeland. Engeland was ooit van ons. De ‘Glorious Revolution’ betekende in 1688-1689 de machtsovername door de Nederlandse stadhouder Willem III van Oranje-Nassau en zijn echtgenote Maria Stuart als koning en koningin van Engeland, Schotland en Ierland, op ‘uitnodiging’ van een aantal protestantse leiders in Londen. De oudste dochter van Jacobus (op de Engelse troon sinds 1685), Maria Stuart, was getrouwd met haar neef, onze stadhouder Willem III van Oranje. Beiden waren protestant en beiden waren kleinkinderen van de Engelse koning Karel I van Engeland. King Billy is nog altijd de held van de protestantse Unionisten.
Wat als Engeland bij Nederland was gebleven? Geen idee, ik zou het niet weten. Waarschijnlijk hadden we dan nu wel goed Engels gesproken, links gereden, met ponden betaald en uitstekende ales gedronken. Wie weet waren we zelfs minder hufterig geworden en hadden we betere geschiedenisprogramma’s gemaakt. Wat ik maar zeggen wil: we zijn Engeland al een keer kwijtgeraakt en we leven nog steeds.