Historici.nl





Gepubliceerd op 25-06-2015

Verslag: Gedeelde autoriteit. Hoe erfgoedinstellingen de worsteling met kennisdeling aangaan

De Stichting Academisch Erfgoed organiseerde op 28 mei een symposium dat de aandacht vestigde op het gebruik van Wikipedia bij het verwerven en verspreiden van informatie over erfgoed. Onder de titel ‘shared authority’ verkenden verschillende instellingen methoden om het publiek te betrekken bij het omgaan met academisch erfgoed, en welke consequenties dat had voor hun eigen praktijk.

De concrete aanleiding tot deze dag was het einde van het project Expeditie Wikipedia, een initiatief van het Tropenmuseum en de Stichting Academisch Erfgoed. Het project was opgezet om verspreid bewaarde informatie te verzamelen en te verrijken over belangrijke expedities en ontdekkingsreizen, meestal gerelateerd aan Nederland. Daarbij werd gekeken naar boeken, archieven en beeldmateriaal rondom de reizen zelf, participerende wetenschappers en allerlei relevante contextinformatie rond cultuur, geografie en (wetenschaps-)geschiedenis.

“In residence”

Frank Meijer (projectleider) en Sandra Fauconnier (tot eind 2014 Wikipedian-in-residence) lichtten de achtergronden en werkwijze van het project toe. De behoefte om hulp uit een gemeenschap van geïnteresseerden te vragen maar ook kennis met hen te delen, maakte Wikipedia bij uitstek tot een bijzonder geschikt gereedschap. Acht Universiteiten en twee musea participeerden uiteindelijk in het project, dat leidde tot vier ‘edit-a-thons’, verschillende expert meetings, symposia en colleges. Wel vonden studenten en onderzoekers het moeilijk om de reactie van “wikipedianen” te anticiperen en bleek er enige gewenning nodig te zijn met de gewoonten binnen de Wikipedia-community. De meerwaarde van de ‘wikipedian-in-residence’ lag dan ook vooral in het smeden van een band tussen wikipedia-gebruikers, conservatoren en academisch onderzoekers.

Verschillende sprekers lichtten toe hoe ze Wikipedia bij hun onderwijs en onderzoek hadden betrokken: Annemieke Klijn (Maastricht University) verkende met studenten de Jezuïtencollectie van de Universiteitsbibliotheek Maastricht en Han Heijmans (TU Delft) hield zich bezig met de onderzeebootreizen die Felix Vening Meinesz uitvoerde om zijn geodesie-onderzoek uit te voeren. Van dat laatste project werd een web-app gepresenteerd, die die reizen visualiseerde en aan informatie in Wikipedia koppelde.

Cultuurconflict

Wel openbaarde zich een cultuurprobleem: studenten vonden het schrijven op Wikipedia leuk, maar lastig vanwege eisen aan objectiviteit en stijl. Studenten leerden zorgvuldig en neutraal te formuleren en af te wegen wat wel en niet op te nemen, en raakten bovendien bedreven in het discussiëren met de Wikipedia-community. Universitair docent Public History  Hendrik Henrichs (UU) vertelde vermakelijk over het contact en de spanning tussen wikipedianen en academici. Een actieve wikipediaan (User Timtrent) heeft zelfs een gids geschreven voor de omgang van wikipedianen met academici. 

Na de pauze onderwierp de Amsterdamse historicus Paul Knevel het begrip ‘shared authority’ aan een historische begripsanalyse. Daarin kwamen de oorsprong in het historisch revisionisme en de ‘empowerment’ van onderop van de jaren zeventig aan bod, waarin ook methodes als ‘oral history’ hun oorsprong hebben. Sinds Michael Frisch hiervoor de term ‘shared authority’ introduceerde, is die te pas en te onpas gebruikt voor allerlei publiekshistorische projecten. Het probleem is dat door die historische framing Knevel er een beetje aan voorbij gaat dat de moderne, in Wikipedia vervatte betekenis van ‘shared authority’ eigenlijk niet zoveel meer te maken heeft met die historische lading. Er is nog steeds sprake van emancipatie, maar die wordt – indachtig de anarchistische aard van het internet als geheel – niet meer gestuurd. Hendrik Henrichs (UU) ging vervolgens in op de link tussen ‘shared authority’ en public history, om tot de conclusie te komen dat Wikipedia van alle digitale media de goede belofte biedt om nuttig te zijn voor public history; vooral de overleg-tab, waarin ‘Wikipedianen’ kunnen discussiëren over het werken binnen Wikipedia, is een manier om de ‘wisdom of the crowd’ aan te boren. Het woord ‘dialoog’ viel bij beiden vaak.

Zandbak of co-creatie?

Na een tweede pauze werd verdergegaan op een aantal casussen; en daar werd duidelijk dat iedereen het begrip ‘participatie’ op zijn eigen manier invulde. Het Nationaal Museum voor Volkenkunde had kunstenaar Jasper Krabbé gevraagd om met behulp van de collectie een persoonlijke associatieve tentoonstelling te creëren. Een ondertussen beproefde methode, maar je kunt je afvragen of er überhaupt sprake is van ‘shared authority’ als een kunstenaar in zijn eigen ‘zandbak’, onafhankelijk van de rest van de collectie, geplaatst wordt. Conservator Daan van Dartel had het dan ook vooral over co-creatie. Bovendien had Krabbé’s benadering tot het verwijt geleid dat hij in essentie hetzelfde deed als ‘al die negentiende-eeuwse witte mannen’, die zonder gevoel voor context een object bekeken en bespraken.

Interessanter is, wat dat betreft, de benadering van het Modemuze-project. Door middel van ambassadeurs probeert het project alle actief geïnteresseerden in mode en styling (onder wie bloggers) aan zich te binden – een aanpak die het idee van ‘shared authority’ veel meer recht doet. Hier werd ook serieus gekeken naar welke vormen van kennis die nieuwe gemeenschap van mode-experts te bieden had voor het bestaande netwerk van mode-conservatoren.

Maar als er iets duidelijk werd tijdens deze middag was het dat het begrip ‘Shared Authority’ voor veel deelnemers nog uitgekristalliseerd moest worden. Zeker voor experts is het een hele stap om een positie van autoriteit, die hen zowel professioneel als sociaal definieert, los te laten. En de vraag die eigenlijk niemand durfde te stellen was naar de winst die uit die participatie te halen valt voor experts en publiek. Expeditie Wikipedia was een eerste, veelbelovende, en volgens de betrokkenen helaas te korte aanzet, maar voordat deze vragen eenduidiger kunnen worden beantwoord blijven erfgoedinstellingen waarschijnlijk worstelen met het delen van autoriteit.

Ilja Nieuwland, Huygens ING

Historici.nl
Het KNHG is de grootste organisatie van professionele historici in Nederland. Het biedt een platform aan de ruim 1100 leden en aan de historische gemeenschap als geheel. Word lid van het KNHG.
Historici.nl
Het Huygens Instituut beoogt de Nederlandse geschiedenis en cultuur inclusiever maken. Het ontsluit historische bronnen en literaire teksten en ontwikkelt innovatieve methoden, tools en duurzame digitale infrastructuur.