Historici.nl





Gepubliceerd op 30-05-2022

Dossier 1572 – Oranje vs. Alva: propaganda in 1572

De Tachtigjarige Oorlog was een burgeroorlog. Voor- en tegenstanders van koning Filips II, katholieken en gereformeerden en familie en vrienden stonden lijnrecht tegenover elkaar. Het was echter ook een propagandaoorlog, omdat burgers – net als tegenwoordig – voortdurend werden blootgesteld aan beïnvloeding vanuit de strijdende partijen. Zowel de hertog van Alva, landvoogd namens Filips II, als opstandsleider Willem van Oranje probeerden zoveel mogelijk mensen te overtuigen van hun gelijk. Daarvoor gebruikten ze diverse propagandamiddelen: prenten, drukwerk en penningen. Al deze media hebben gemeen dat ze makkelijk te verspreiden waren en meestal ook goedkoop om te maken. Dit hielp om de boodschap snel over te brengen.

Alva: strijder voor het katholieke geloof

Na de Beeldenstorm van 1566 kreeg Fernando de Toledo, hertog van Alva, de opdracht de Nederlanden opnieuw onder controle te krijgen. Om de bevolking in het gareel te krijgen gebruikte hij traditionele middelen zoals dwang, vervolging via de Raad van Beroerten en veroordeling zoals de onthoofding van de graven Egmont en Horne. Alva hoopte vervolgens op de komst van de koning om het verleden te vergeven en vergeten, want dit was het meest effectieve middel om de bevolking te overtuigen van de goede wil van de landsheer. Toen Filips II besloot niet af te reizen naar de Nederlanden, koos de hertog een andere tactiek. Na de gewonnen Slag bij Jemmingen in 1568 liet hij prenten drukken, richtte een standbeeld van zichzelf op in het kasteel van Antwerpen en er kwam een penning die hem neerzette als strijder voor het katholieke geloof.

Afb. 1 Standbeeld van de hertog van Alva, 17e eeuw, Rijksmuseum.

Alva: wrede bezetter

De propaganda van de opstandelingen richtte zich eveneens op de hertog van Alva. Nadat Willem van Oranje’s eerste geplande invasie in 1568 mislukte, zocht hij naar andere middelen om de ‘Nederlanders’ ervan te overtuigen dat ze in opstand moesten komen tegen de slechte adviseurs van de landsheer. Hij was er – volgens zijn propaganda – namelijk niet op uit Filips II in diskrediet te brengen, omdat hij de wettige landsheer van de Nederlanden was. Wel wilde hij een ander beleid, meer zelfbestuur en minder vervolging van gereformeerden. Oranje richtte vervolgens al zijn pijlen op de hertog van Alva: de wrede Spaanse edelman.

De Ellendige Staet der Nederlanden

Vanaf 1569 liet Oranje een prent verspreiden met daarop afgebeeld hoezeer de Nederlanden te lijden hadden onder Alva. De hertog zit links op een troon. Boven hem hangt een duiveltje die in de ene hand de pauselijke tiara en in de andere hand een soort blaasbalg (een verwijzing naar een oorfluisteraar) vasthoudt. Naast Alva staan zijn adviseurs; waarvan de bekendste kardinaal Granvelle is. De zeventien vrouwen representeren de Nederlandse gewesten die geketend aan Alva’s voeten zitten. Achter hen staan de burgers van de steden. Een deel houdt de hand voor de mond, omdat ze monddood gemaakt zouden zijn. Op de voorgrond liggen de privileges van de steden. Het verwijt aan Alva is dat hij daar geen rekening mee houdt, terwijl deze voorrechten toch al sinds de middeleeuwen gelden. Op de achtergrond zijn de misdaden van de hertog te zien: de onthoofding van Egmont en Horne en het ophangen van ketters.

Afb. 2 De Ellendige Staet der Nederlanden, of de Troon van Alva, 1569, Huis Van Gijn, Atlas Van Gijn.

Middelen en mogelijkheden

Zowel Oranje als Alva begrepen dat zij het grote publiek moesten zien te bereiken. Dat deden ze door in te zetten op de massamedia van hun tijd: prenten of drukwerk en penningen. Met name prenten en drukwerk zoals pamfletten konden snel worden ontwikkeld en in grote oplages worden verspreid. Bovendien konden ze in verschillende formaten en kwaliteit worden afgedrukt, waardoor ze voor meerdere doelgroepen aantrekkelijk werden. De luxe varianten konden thuis aan de muur worden opgehangen. De prent Ellendighe Staet der Nederlanden werd zo populair dat er in de jaren 1620 en 1630 zelfs schilderijen van werden gemaakt. 

Afb. 3 De Ellendige Staet der Nederlanden, ca. 1620-1640, Regionaal Archief Dordrecht, bruikleen.

Penningen met een boodschap

Een tweede, niet te onderschatten, propagandamiddel was de penning. Opstandelingen droegen zogenaamde geuzenpenningen, metalen draagtekens in de vorm van een ovaal of een halve maan. Ze verwezen naar penningen van bedelaars, omdat de opstandelingen in 1566 ‘gueux’ oftewel bedelaars waren genoemd. Sommige penningen hadden zelfs hangers in de vorm van bedelnappen.

Anderen hadden de vorm van een halve maan die verwees naar de boodschap: liever Turks dan paaps. De gereformeerde opstandelingen die deze penningen bij zich droegen, vochten liever aan de zijde van de Turken dan in zee te gaan met katholieken. 

Afb. 4 Geuzenpenning met bedelnappen, ca. 1566-1575, Huis Van Gijn, Dordrecht.

Afb. 5 Geuzenpenning in de vorm van een halve maan, ca. 1566-1575, Huis Van Gijn, Dordrecht.

Tot slot gebruikten opstandelingen zogenaamde rekenpenningen, kleine penningen die werden gebruikt door ontvangers van de belastingen. Deze ambtenaren trokken door het land en gebruikten rekenpenningen om mee te rekenen. Deze praktijk startte rond 1572 toen Dordrecht een opstandige stad werd en de Dordtse Munt ook munten en penningen voor de opstandelingen begon te slaan. Ieder jaar ontvingen de ambtenaren een nieuwe set met daarop nieuwe afbeeldingen. In 1573 bijvoorbeeld, verbeeldde een penning de mening over het vertrek van de hertog van Alva uit de Nederlanden. De voorzijde toonde de Hollandse maagd in een omheinde tuin met een vrijheidshoed op haar hoofd, de keerzijde Willem van Oranje als herder die een geit verjaagt die uit de uier van een andere geit dronk. 

Afb. 6 Rekenpenning op het vertrek van Alva, ca. 1573, Rijksmuseum.

 

Marianne Eekhout is conservator geschiedenis bij het Dordrechts Museum. Eerder promoveerde zij aan de Universiteit Leiden op een proefschrift over materiële herinnering aan de Tachtigjarige Oorlog waarvan in 2014 een verkorte versie verscheen bij Uitgeverij Verloren.

Historici.nl
Het KNHG is de grootste organisatie van professionele historici in Nederland. Het biedt een platform aan de ruim 1100 leden en aan de historische gemeenschap als geheel. Word lid van het KNHG.
Historici.nl
Het Huygens Instituut beoogt de Nederlandse geschiedenis en cultuur inclusiever maken. Het ontsluit historische bronnen en literaire teksten en ontwikkelt innovatieve methoden, tools en duurzame digitale infrastructuur.