Historici.nl





Gepubliceerd op 30-01-2018

Dossier werkdruk De historicus in de prestatiemaatschappij

“In de prestatiemaatschappij werken we hard. Niet omdat het moet, maar omdat we het zelf willen.” Zo beschrijft De Correspondent de maatschappij waarin stress op de werkvloer beroepsziekte nummer één is. Dat is dus onze Nederlandse samenleving. Is dat alles te wijten aan het harde en vele werken?

Het begrip ‘prestatiemaatschappij’ wordt al gebruikt in de jaren negentig van de vorige eeuw, bijvoorbeeld in de Volkskrant, maar waar het eigenlijk vandaan komt, is niet duidelijk. De Duits-Koreaanse filosoof Byung-Chul Han zegt in ‘De vermoeide samenleving’ (2000) dat de prestatiemaatschappij de opvolger is van de ‘commandomaatschappij’, zo schrijft De Correspondent. In de oude maatschappij werkte je een heel arbeidsleven voor één baas. De werktijden waren overzichtelijk en na werktijd was het werken ook klaar. “Werk zorgde voor een inkomen, en daarmee basta.” In de prestatiemaatschappij is dat wel anders. Uit onderzoek van Harvard Business School blijkt dat we per week 82 uur bereikbaar zijn voor ons werk. Door alle technische ontwikkelingen kan dat werk ook overal en altijd voortgezet worden.

“We werken niet meer dan vroeger”, zegt Dennie Oude Nijhuis, onderzoeker arbeidsgeschiedenis bij het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG). “Tot de jaren zestig van de vorige eeuw was de 48-urige werkweek verplicht.” Het verschil met vijftig jaar geleden is dat toen duidelijk was wanneer wie wat moest doen. De samenleving draaide rond de  fabriekstijden, dus van negen tot vijf. De huidige dienstverlenende economie gaat door alle technische ontwikkelingen 24/7 door, zegt Oude Nijhuis.

Je bent je eigen merk en dat moet je onderhouden als je wilt (blijven) doorstromen, beschrijft De Correspondent het leven in de prestatiemaatschappij. Dat onderhouden betekent dat je naast die ‘geweldige’ carrière een leuk sociaal leven moet hebben, dat je regelmatig sport, de nieuwste films en series gezien hebt en regelmatig op reis gaat. Op sociale media wordt gedeeld hoe druk je bent met al die zaken, want zichtbaar druk zijn met mooie projecten is een statussymbool geworden. “Dit zijn de gevolgen van beleid dat dertig jaar geleden gemaakt is onder invloed van het neoliberalisme”, stelt Bram Mellink. Hij doet aan de Universiteit van Amsterdam onderzoek naar de geschiedenis van het neoliberalisme in Nederland na 1945. “Concurrentie werd in dit beleid gestimuleerd.” Dit resulteert niet alleen in concurrentie tussen bedrijven, maar ook tussen mensen. Het is volgens hem niet zozeer een culturele, maar een politieke verandering van het systeem. “Het meritocratisch gedachtengoed speelt ook mee”, stelt Mellink. Als jouw sociale positie gebaseerd is op je verdiensten, is het dus ook jouw eigen schuld als dromen niet uitkomen. “De overheid heeft een staat van permanente concurrentie aangejaagd. Dit had voor een systeem moeten zorgen met gelijke kansen. Het gevolg is dat we zijn elkaars concurrenten geworden.”

“Je ziet dat de individualisering van de laatste jaren een reactie is op de verzorgingsstaat”, zegt Oude Nijhuis. Die reactie was de participatiemaatschappij. Het is wel een erg grijs gebied, stelt hij. “Wat is overwerken? Werk ik in het weekend als ik boeken lees over sociale geschiedenis? Dat doe ik gewoon graag. Mensen waarbij hun werk ook hun passie is, zoals historici, blijven een uitzondering.” Toch is ook de werkdruk hoog in de wetenschappelijke wereld. Veel mensen willen die passie nastreven, maar er is niet voor iedereen plek en NWO geeft niet aan iedereen beurzen voor onderzoek. Valorisatie is daardoor veel belangrijker geworden. “Ik zie het overal om mij heen”, zegt Oude Nijhuis. “Collega’s schuiven overal aan, zeggen lezingen toe, terwijl ze soms geen expert zijn op dat onderzoeksgebied.” Hijzelf zegt steeds meer ‘nee’ tegen dergelijke verzoeken en hij is gestopt met Twitter. Het zorgt volgens hem allemaal voor extra werkdruk.

Stress heeft de mensheid jarenlang geholpen bij de evolutie, maar het werkt ons nu eerder tegen. “Mensen bedoelen met ‘stress’ zowel stressoren – alles wat stress veroorzaakt – als de reactie op stress”, vertelt psychiater Witte Hoogendijk aan NRC Handelsblad . “Het is oorzaak en gevolg door elkaar. Stress is ook een lichamelijke gewaarwording. Twintig koppen koffie drinken geeft eveneens een stressrespons; je hart gaat sneller kloppen, je krijgt een opgejaagd gevoel alsof er gevaar dreigt. Terwijl er van dreiging geen sprake is.”

“De financiële zorgen en de werkdruk van studenten zijn hoog, reageert de landelijke studentenvakbond (LSvB) in een artikel op nos.nl over de burn-out die 23-jarige Jip kreeg tijdens haar bachelor Geschiedenis: “Doordat er steeds meer druk komt te liggen bij studenten om succesvol te zijn, moeten ze constant op een hoog niveau presteren”, luidt de reactie. De prestatiemaatschappij, werkdruk, burn-outs, stress, het zijn populaire onderwerpen geworden.” We denken allemaal dat we in een unieke tijd leven”, relativeert Oude Nijhuis. “Een burn-out is een diagnose die jaren geleden nog niet gesteld werd, maar wel al voorkwam.” De onderzoeker denkt niet dat de prestatiemaatschappij de geschiedenis in zal gaan als een periode waarin extreem veel en hard gewerkt werd. Vroeger werd meer gewerkt en ook destijds werd het werk wel eens teveel. “Het label ‘burn-out’ kon alleen nog niet gegeven worden, omdat het nog niet bestond”, zegt Oude Nijhuis.

Verandering lijkt in de lucht te hangen, zo denkt Mellink. En de aandacht voor de prestatiemaatschappij is daar één van de voortekenen van. “In de jaren negentig van de vorige eeuw werd al geklaagd over de hoge werkdruk. Voordat het huidige systeem kan veranderen, moet eerst een geschikte vervanger bedacht worden.” Eerst komen er ideeën, dat wordt omgezet in beleid en dan duurt het weer jaren voor dat de bedoelde en onbedoelde effecten van dat beleid doorwerken. De constatering dat het huidige systeem niet optimaal is, is belangrijk voor het proces van verandering, meent Mellink. Het kan alleen nog wel jaren duren voordat de effecten hiervan merkbaar zijn. Tot die tijd moeten we zelf actie ondernemen om een burn-out te voorkomen.

Tessa Hofland

Vorige artikel in deze reeks: Werkdruk of werkstress?

Volgende artikel in deze reeks:
Druk(te) op de werkvloer – interview met Karwan Fatah-Black

Historici.nl
Het KNHG is de grootste organisatie van professionele historici in Nederland. Het biedt een platform aan de ruim 1100 leden en aan de historische gemeenschap als geheel. Word lid van het KNHG.
Historici.nl
Het Huygens Instituut beoogt de Nederlandse geschiedenis en cultuur inclusiever maken. Het ontsluit historische bronnen en literaire teksten en ontwikkelt innovatieve methoden, tools en duurzame digitale infrastructuur.