Historici.nl





Gepubliceerd op 14-01-2019

Dossier 80 Jaar Oorlog – een blik van buiten deel 4: De vergeten spelers van de Tachtigjarige Oorlog

De Opstand in de Nederlanden werd, net zoals andere conflicten, voornamelijk bestudeerd vanuit het perspectief van de overwinnaar: de Nederlanders als dappere vrijheidsstrijders die eensgezind de wapens opnamen om de wrede en halsstarrige katholieke Spanjaarden te verdrijven. De tentoonstelling 80 Jaar Oorlog in het Rijksmuseum herziet deze hardnekkige en eeuwenoude versie grondig. Het conflict wordt door de tentoonstellingsmakers voorgesteld als een verwarrende en bloedige burgeroorlog waarbij lang niet alle inwoners van de Nederlanden zich afkeerden van het Habsburgse bewind en het katholieke geloof. Zo illustreren een reeks eigentijdse objecten en documenten dat niet alleen protestanten maar ook katholieken op de vlucht sloegen. Een mooi voorbeeld van de bijzondere persoonlijke getuigenissen die te zien zijn, is het manuscript van een pastoor in Friesland die in 1580 de namen noteerde van meer dan 600 katholieken die uit de provincie vluchtten.


Afbeelding van het handschrift Conscriptio exulum Frisiae, familiearchief Van Eysinga-Vegelin van Claerbergen, toegang 323 inv. 3370, Tresoar: http://digicollectie.tresoar.nl/object.php?object=215. 

Habsburgse bondgenoten

Deze burgeroorlog verscheurde de Nederlanden en mondde uit in een lange en verwoestende oorlog tussen Spanje en Nederland. In de tentoonstelling is terecht aandacht geschonken aan de verstrekkende gevolgen van de Opstand in de overzeese gebieden. Deze internationale dimensie komt minder prominent aan bod komt als het gaat over het conflict in de Nederlanden zelf. Het waren immers overwegend buitenlandse soldaten die vochten in en rondom de steden in de Lage Landen. Talloze andere staten en hun inwoners waren actief betrokken en sommigen onder hen speelden een wel bijzonder prominente rol. Het was allesbehalve een strijd tussen de twee bekende hoofdrolspelers Spanje en Nederland.

Het strategische belang van het Italiaanse schiereiland voor de Habsburgse strategie in de Nederlanden kan moeilijk overschat worden. Genua, Lombardije en Piëmont waren cruciaal voor de bevoorrading en de doorgang van de troepen langs de ‘Spaanse route’ naar de Lage Landen. Duizenden soldaten trokken vanuit de Italiaanse steden en dorpen naar het slagveld in de Lage Landen. Naast manschappen kwam het grootste deel van de financiële middelen voor de oorlog uit Italië. Zowel heersers waaronder de Medici-familie als kooplieden voornamelijk uit Genua leenden grote sommen geld aan Filips II en zijn opvolgers. De Italiaanse staten zijn de vergeten spelers van de Tachtigjarige oorlog en dit terwijl de Italiaanse legeraanvoerders misschien wel de meeste cruciale overwinningen behaalden.

Italiaanse helden

Hoewel de Italiaanse rol in Tachtigjarige Oorlog tegenwoordig vrijwel onbekend is, lag dit niet aan de propaganda van de Italiaanse militairen. Zij zetten hun eigen overwinningen graag in de verf.  Alessandro Farnese besefte, net als Willem van Oranje, dat imagebuilding cruciaal was om mensen te overtuigen. Zijn verovering van de stad Antwerpen in 1585 was het succesverhaal bij uitstek waarmee hij en zijn familie uitpakten zowel in de Nederlanden als in Italië. In 1585 schilderde Hans Vredeman de Vries een allegorisch schilderij om de belangrijkste overwinning van Farnese’s militaire carrière te vieren. Op het doek zien we hoe de prins van Parma het wapenschild van de stad schenkt aan Filips II terwijl tweedracht en tirannie wegvluchten. Het is een sterk visueel stuk dat hoopvol is over de toekomst van de stad met de heropbloei van de internationale handel in Antwerpen. Een aantal jaar later kreeg de beeldhouwer Simone Moschino de opdracht om een levensgroot beeld te maken voor het familiepaleis in het hartje van Rome. Het beeld toont Farnese als held die gekroond wordt met de Schelde en ketterij aan zijn voeten. In het Rijksmuseum kan je een voorontwerp van het beeld door Simone Moschino in terracotta bekijken. De boodschap was duidelijk: Alessandro was een ideale veldheer én de verdediger van het katholieke geloof.

Francesco Villamena’s gravure van de ‘Apotheosis van Alessandro Farnese’, 1600, © The Trustees of the British Museum.

In de verschillende zalen hangen portretten van bekende en minder bekende protagonisten, waaronder een portret van Ambrogio Spinola geschilderd door Michiel van Mierevelt in 1609. Spinola veroverde Oostende in 1604 en Breda in 1625 en was veruit de belangrijkste generaal in het Spaanse dienst. De makers van de tentoonstelling laten echter niet weten dat hij een Genuees is. Ambrogio Spinola was afkomstig uit een rijke en prominente Genuese familie. In ruil voor een groot deel van zijn financiële middelen kreeg hij het opperbevel van de Habsburgse troepen ook al was hij totaal onervaren in oorlogsvoering. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Spinola zich door de Delftse portretschilder Michiel van Mierevelt liet portretteren in volle wapenuitrusting met zijn rechterhand op de commandostaf. Rond zijn hals hangt een ketting van het gulden vlies, hij was immers net lid geworden van de ridderorde als beloning voor zijn overwinning bij Oostende. Spinola gaf vermoedelijk opdracht tot dit portret toen hij in 1608 zelf in Den Haag was en daar ijverde voor het sluiten van vrede. Een echte vrede kwam er uiteindelijk pas in 1648.

Michiel Jansz. Van Mierevelt, Portret van Ambrogio Spinola, 1609, Rijksmuseum Amsterdam.

Door te focussen op interne verdeeldheid toont het Rijksmuseum dat het helemaal niet de bedoeling van de opstandelingen was om een nieuwe staat met eigen identiteit te creëren. Eigenlijk ontstond die eerder onverwachts en lagen de grenzen van die nieuwe staat niet vast maar werden die in grote mate bepaald door militaire veroveringen waarbij buitenlandse spelers een grote rol speelden.

De tentoonstelling 80 Jaar Oorlog is tot 20 januari 2019 te bezoeken in het Rijksmuseum. Klik hier om een kijkje te nemen in de andere delen van het dossier ‘een blik van buiten’.

 

Avatar foto
Nina Lamal is als postdoctoraal onderzoeker verbonden aan het NL-Lab van het Humanities Cluster en het Huygens ING. Ze bestudeert publieksdiplomatie in het Heilige Roomse Rijk. Ze is ook editeur van de briefwisseling van Suriano, de eerste Venetiaanse gezant in de Nederlandse Republiek tussen 1616-1623.
Alle artikelen van Nina Lamal
Historici.nl
Het KNHG is de grootste organisatie van professionele historici in Nederland. Het biedt een platform aan de ruim 1100 leden en aan de historische gemeenschap als geheel. Word lid van het KNHG.
Historici.nl
Het Huygens Instituut beoogt de Nederlandse geschiedenis en cultuur inclusiever maken. Het ontsluit historische bronnen en literaire teksten en ontwikkelt innovatieve methoden, tools en duurzame digitale infrastructuur.